Chenin, de druif die naar hond smaakt

Zuid-Afrika: waar steen chenin blanc is

 

Amper dertig jaar geleden kende niemand chenin blanc, en in elk geval wilden weinigen de wijn proeven die ervan gemaakt werd. Wijnliefhebbers omschreven het typische aroma van de chenin blanc als ‘natte hond’ of ‘natte wol’, wat bezwaarlijk smakelijk genoemd kan worden. Of houdt de associatie chien – chenin ons voor de gek?

Maar rond de jaren 1990 gebeurde er iets in Bordeaux waardoor chenin blanc plots in de schijnwerpers kwam te staan. De regio van Sauternes en de andere grote likoreuze wijnen van Bordeaux hadden er een prachtige periode op zitten, met magnifieke wijnen in 1988 tot 1990. De wereldwijde interesse was gewekt, de prijzen torenden boven alles uit. Het sprookje bleef echter niet duren en de decade na 1990 leverde hooguit matige wijnen op.

Wijnliefhebbers zochten alternatieven en vonden dat in de Loirevallei, waar de chenin blanc op de mooiste terroirs erg ontvankelijk bleek voor de Botrytis cinerea, de schimmel die de druiven aantast en ze hun weelderige, honingachtige karakter verleent. Medio jaren 1980 waren de meeste wijnbouwers trouwens overgestapt op modernere technieken, zodat ook de droge wijnen interessanter werden: ze behielden hun karakteristieke zuurheid, maar waren rijper en fruitiger dan de soms slappe en rauwe wijnen uit het verleden.

Plots verscheen dus chenin op het wereldtoneel. Nochtans is het het een historische druif: al in 845 wordt er melding van gemaakt, en in 1445 plant de abt van Cormery in het dorpje Mont-Chenin een wijngaard met chenin blanc. De druif werd wellicht uit de Jura geïmporteerd, en is dan ook een kindje van de savagnin waarom die streekt bekend staat.

De chenin blanc mag dan al hoge toppen scheren in het Loiredal, het wijnland dat zijn naam stevig verbond aan de druif is Zuid-Afrika. Midden zeventiende eeuw bracht Jan van Riebeek al de eerste cheninstokken mee naar de Kaap, dus ook daar is de aanplant historisch. Hij wordt er trouwens nog altijd ‘steen’ genoemd, wat ervan getuigt dat de Zuid-Afrikanen hem als hun eigen druif beschouwen.

Maar ook hier is het wachten tot 1990 vooraleer de druif zich ook wijnkundig op de kaart zet. In dat jaar werd de Chenin Blanc Producers Association opgericht, een poging om wijnbouwers te bundelen die de druif ernstig nemen. In een enorme wijnplas van flauwe, dunne wijntjes afkomstig van wijngaarden die tot driemaal toe opbrengen van wat wenselijk geacht wordt (50hl/ha), stonden plots enkele stevige, fruitige, ernstige wijnen op.

De Zuid-Afrikaanse wijnbouwers spiegelen zich dan ook helemaal niet aan de wijnen uit de Loirestreek. Integendeel: ze beschouwen het strakke, minerale, en erg door aciditeit gedreven karakter eerder als een fout dan als het summum voor chenin blanc. Ze ontwikkelden een eigen stijl, waardoor je in chenin blanc tegenwoordig drie hoofdstijlen kunt herkennen.

De stijlen van de druif

Ik laat even de mousserende wijnen, de halfzoete en de zoete zonder Botrytis buiten beschouwing: die wijnen bestaan wel, maar zijn ofwel zeldzaam ofwel niet interessant. Dan kunnen we de drie hoofdstijlen van chenin als volgt definiëren: de zoete stijl met Botrytis, de droge, strakke stijl (Loire) en de droge, fruitige stijl (Zuid-Afrika).

Zoete wijn met Botrytis

In het overvloedige Botrytisjaar 1985 begonnen de wijnbouwers in het Loiredal te experimenteren met selectie in de wijngaard. Enkel de druiven die voldoende maar niet overdreven aangetast waren door deze grijze schimmel belandden in de pers. Het resultaat was buiten verwachting goed: je ontdekt er zure appel, gele pruimen, honing, kweepeer, marsepein en zelfs groene kruiden in. De smaak is zoet, want niet alle suiker vergist, maar daartegenover staat die indringende zuurheid die chenin blanc kenmerkt. Het geeft de wijnen een kwaliteit die wijnliefhebbers aanduiden met ‘balans’: de verschillende aspecten van de wijn zijn met elkaar in evenwicht.

Dit type wijn vind je op een uitzondering na enkel in het Loiredal, waar de zijrivieren van de Loire voor de juiste klimaatcondities van mist en herfstzon zorgt om de Botrytis te laten ontwikkelen. De beroemdste wijngaarden liggen in Bonnezeaux, Quarts de Chaume en Coteaux de Layon, al bieden Vouvray en Montlouis vaak een gunstiger geprijsd alternatief.

Droge, strakke wijn

Erg interessant want unieke wijnen zijn de droge chenins uit koele klimaten zoals het Loiredal. Wijnbouwers mekkeren wel eens dat de chenin blanc een ondankbare druif is, want dat hij een paar weken voor de oogst plots stopt met rijpen. Dat is vooral in mindere jaren het geval, maar daartegenover staat dat in de goede jaren de wijn onvergelijkelijk is, met groene appel, kweepeer en veel minerale strakheid. Ondanks het wat stugge en puntige karakter van de jonge wijn is het een type dat moeiteloos tien jaren kelderrust aankan en vaak zelfs veel langer.

Droge chenin wordt gewonnen op een grote verscheidenheid aan bodems en lijkt die ook nog eens goed uit te drukken: kalk geeft de wijnen een fijne zuurheid, wijn van kleibodems is rijker en krachtiger, zandbodem maakt dan weer lichtere wijnen en de goed gedraineerde bodems met schist, kwarts of leisteen in de ondergrond maken de wijnen met de meeste diepgang. Zoek naar wijnen van gereputeerde producenten uit Savennières of Vouvray en je hebt beet.

Droge, fruitige wijn

Dat Zuid-Afrika in staat is prachtige chenin blancwijnen te produceren, heeft veel te maken met het aanpassingsvermogen van die druif. Of beter gezegd, het vermogen van chenin blanc om een hoge zuurheid te houden ook in warmere klimaten. Wijnbouwers moeten enkel oppassen voor overproductie. Waar die in koelere regio’s door de jaargang zelf getemperd wordt, moeten producenten uit warme streken de productie kunstmatig beperken bijvoorbeeld door de juiste keuze van de onderstok en door groene snoei: het halverwege de zomer verwijderen van een deel van de nog onrijpe druiven.

Meer en meer producenten nemen de chenin ernstig en maken stevige, volle en fruitige wijnen met smaken van banaan, tropisch fruit, kweepeer. Alweer die kweepeer! Wanneer ik half augustus kweepeergelei maak met de vruchten die een collega voor me meebrengt, dan ruikt het hele huis naar chenin… Maar desondanks die zoetige geuren behoudt de chenin altijd haar zuurheid en meestal ook de kenmerkende bittertoets. Ook hier is het een kwestie van balans. Noteer dat het niet enkel Zuid-Afrika is waar je dit type wijn vindt, want ook in Californië, Australië, Nieuw-Zeeland en Zuid-Amerika zijn er goede producenten. Maar met een kwart van het nationale areaal is chenin in Zuid-Afrika wel veruit de meest aangeplante druif.

In een notendop: alle types chenin blanc zijn het ontdekken waard. Blijf enkel weg van goedkope wijnen want die zijn altijd afkomstig van overproductie, wat ze noodzakelijkerwijs futloos en oninteressant maakt.

Chenin Blanc Delaire Graff 2020 – Doorbraak wijn

Peter Doomen